top of page
  • clarablaauw

Ver van wat en van wie,

Zondagavond in de Cevennen.

Niet getreurd.

Want, wat blijkt?

Ook in dit kleine hoekje van het paradijs kan ik naar de bioscoop.

Van rode zetels is weliswaar geen sprake.

Máár de filmmaker daarentegen,

die komt na de voorstelling met ons, zijn publiek de film bespreken.

Het onderwerp van de avond blijkt “De Trein” te zijn.

De maker ontdekte namelijk dat de spoorlijn die hij met zijn ouders als kind gebruikte om naar hun vakantiehuis in de Cevennen te gaan, is gesloten.

Gemotiveerd door deze geschiedenis en gedreven door nieuwsgierigheid en de behoefte om te begrijpen,

reist de maker opnieuw van Biel, zijn geboortedorp in Zwitserland, naar Bessèges,

meer dan 760 kilometer.

Dit alles onder één voorwaarde:

Hij mag alleen met de trein reizen.

Dus geen bus,

geen auto.

De reis die hij als kind in 15 uur en 31 minuten voltooide blijkt

hem nu 11 dagen en vooral ook goede benen te kosten.

Want is de start op Zwitsers grondgebied nog een traktatie,

in Frankrijk krijgt hij te maken met uitgevallen treinen, gesloten stations, onverklaarbare vertragingen of stakingen.

Daarnaast wordt hij verrast door exorbitante prijzen van de tickets die bijna elke minuut lijken te veranderen.

Kortom, zijn reis verandert anno 2020 in een hindernisbaan.

De film laat op voortreffelijke wijze de ontmanteling van de Franse spoorwegen op het platteland zien.

En vertienvoudigt de illusie van het alleen zijn.

Want de “kleine lijnen”, in de “afgelegen gebieden” (ver van wat en van wie) hebben dan wel het uiterlijk van de wereldspoorwegen,

de realiteit is dat het spinnenweb van spoordiensten die zich over heel Frankrijk uitstrekt,

afgelopen jaren vele draden verloor.

En zo is reizen met het openbaar vervoer in deze regio op dit moment domweg geen optie.

Kleine SNCG stations zijn opgeheven.

En het enige regelde busvervoer wat er nog over is in mijn gehucht is de schoolbus.

Uiteindelijk komt de maker in de film lopend op het kleine verlaten station van Bessèges aan,

en begint te dromen van de trein die terug keert.

En wat blijkt?

Die droom kan heel goed uitkomen.

Want dat Bessèges en vele andere sporen amper of nog nooit een trein ziet, ergert vele Fransen.

Het centralistische Frankrijk blijkt het platteland, toch goed voor ruwweg een derde van de bevolking,

sterk verwaarloosd te hebben.

Het Frankrijk van de “verre gebieden” is verlaten, onder soevereine minachting van de hoofdstad die beweert het licht van de wereld te zijn.

In 2012 werd de 31 km lange spoorverbinding tussen Bessèges en Alès die in 1857 in gebruik werd genomen stopgezet.

Maar dit jaar begon het renovatie project.

Rehablitatie van de spoorlijn die de hoofdstad van de Cevennen verbindt met Bessèges.

De positionering van de haltes zal slechts enkele wijzigingen ondergaan ten opzichte van de historische situaties las ik deze week in de krant.

I cross my fingers.

Dat het voor mijn dichtstbijzijnde stationnetje (Gammal) juist niet die wijziging zal zijn.


Recente blogposts

Alles weergeven

Regen

Grasparadijs

Ons huis

bottom of page